(62) Voorwaar, de gelovigen zijn slechts degenen die in Allah en Zijn Boodschapper geloven. En wanneer zij met hem zijn bij een gezamenlijke zaak gaan zij niet weg voordat zij hem om toestemming hebben gevraagd. Voorwaar, degenen die jou (O Moehammad) om toestemming vragen: zij zijn degenen die in Allah en Zijn Boodschapper geloven. En als zij jou om toestemming vragen voor een of andere zaak: geef dan toestemming aan wie van hen jij wil en vraag Allah om hun vergeving. Voorwaar, Allah is Vergevensgezind, Meest Barmhartig.
(63) Maakt de (manier van) aanspreken van de Boodschapper onder jullie niet als de aanspreking van jullie onder elkaar. Waarlijk, Allah kent degenen onder jullie die in het geheim wegsluipen. Laten degenen die zijn bevel ongehoorzaam zijn opletten dat een beproeving hen treft of een pijnlijke bestrafring hen treft.
(64) Weet: voorwaar, aan Allah behoort wat in de hemelen is en op de aarde. Waarlijk, Hij kent de toestand waarin jullie je bevinden. En op de dag dat zij tot Hem teruggekeerd worden, zal Hij hen vertellen wat zij deden. En Allah is Alwetend over alle zaken.
الفرقان Al-Furqaan
(1) Gezegend is Degene Die de Foerqân (de Koran) heeft neergezonden naar Zijn dienaar, opdat hij een waarschuwer voor de werelden zal zijn.
(2) Hij is Degene aan wie het koninkrijk van de hemelen en de aarde toebehoort. En Hij neemt Zich nooit een zoon en Hij heeft geen deelgenoot in het koninkrijk. En Hij schiep alles en Hij bepaalt alles nauwkeurig.