الأنعام   سورة  : Al-An'aam


سورة Sura   الأنعام   Al-An'aam
فَقُطِعَ دَابِرُ الْقَوْمِ الَّذِينَ ظَلَمُوا ۚ وَالْحَمْدُ لِلَّهِ رَبِّ الْعَالَمِينَ (45) قُلْ أَرَأَيْتُمْ إِنْ أَخَذَ اللَّهُ سَمْعَكُمْ وَأَبْصَارَكُمْ وَخَتَمَ عَلَىٰ قُلُوبِكُم مَّنْ إِلَٰهٌ غَيْرُ اللَّهِ يَأْتِيكُم بِهِ ۗ انظُرْ كَيْفَ نُصَرِّفُ الْآيَاتِ ثُمَّ هُمْ يَصْدِفُونَ (46) قُلْ أَرَأَيْتَكُمْ إِنْ أَتَاكُمْ عَذَابُ اللَّهِ بَغْتَةً أَوْ جَهْرَةً هَلْ يُهْلَكُ إِلَّا الْقَوْمُ الظَّالِمُونَ (47) وَمَا نُرْسِلُ الْمُرْسَلِينَ إِلَّا مُبَشِّرِينَ وَمُنذِرِينَ ۖ فَمَنْ آمَنَ وَأَصْلَحَ فَلَا خَوْفٌ عَلَيْهِمْ وَلَا هُمْ يَحْزَنُونَ (48) وَالَّذِينَ كَذَّبُوا بِآيَاتِنَا يَمَسُّهُمُ الْعَذَابُ بِمَا كَانُوا يَفْسُقُونَ (49) قُل لَّا أَقُولُ لَكُمْ عِندِي خَزَائِنُ اللَّهِ وَلَا أَعْلَمُ الْغَيْبَ وَلَا أَقُولُ لَكُمْ إِنِّي مَلَكٌ ۖ إِنْ أَتَّبِعُ إِلَّا مَا يُوحَىٰ إِلَيَّ ۚ قُلْ هَلْ يَسْتَوِي الْأَعْمَىٰ وَالْبَصِيرُ ۚ أَفَلَا تَتَفَكَّرُونَ (50) وَأَنذِرْ بِهِ الَّذِينَ يَخَافُونَ أَن يُحْشَرُوا إِلَىٰ رَبِّهِمْ ۙ لَيْسَ لَهُم مِّن دُونِهِ وَلِيٌّ وَلَا شَفِيعٌ لَّعَلَّهُمْ يَتَّقُونَ (51) وَلَا تَطْرُدِ الَّذِينَ يَدْعُونَ رَبَّهُم بِالْغَدَاةِ وَالْعَشِيِّ يُرِيدُونَ وَجْهَهُ ۖ مَا عَلَيْكَ مِنْ حِسَابِهِم مِّن شَيْءٍ وَمَا مِنْ حِسَابِكَ عَلَيْهِم مِّن شَيْءٍ فَتَطْرُدَهُمْ فَتَكُونَ مِنَ الظَّالِمِينَ (52)
الصفحة Page 133
(45) En vervolgens werd de laatste van het volk dat onrechtvaardig was vernietigd: alle lof zij Allah, Heer der Werelden.
(46) Zeg (O Moehammad): "Wat vinden jullie indien Allah jullie horen en jullie zien wegnam en jullie harten verzegelde: welke andere god dan Allah zou jullie die teruggeven? "En zie hoe Wij de Tekenen uitleggen en toch wenden zij zich af.
(47) Zeg: "Wat vinden jullie als de bestraffing van Allah tot jullie komt, plotseting of openlijk? Niemand dan het onrechtvaardige volk wordt vernietigd."
(48) Wij hebben de Boodschappers slechts als brengers van verheugende tijdingen gestuurd an (als) waarschuwers; dus wie gelooft en oprecht is: voor hem is er geen angst en zij zullen niet treuren.
(49) Maar degenen die de Tekenen van Ons loochenen: hen treft de bestraffing wegens de zware zonden die zij plachten te begaan.
(50) Zeg: "Ik zeg jullie niet dat de schatten ven Allah bij mij zijn en niet dat ik het verborgene ken, en ik zeg jullie niet dat ik een Engel ben: ik volg slechts wat aan mij geopenbaard wordt." Zeg: "Zijn de blinden en de zienden gelijk? Denken jullie dan niet na?"
(51) En waarschuw daarmee degenen dit vrezen dat zij tot hun Heer verzameld zullen worden: er is voor hen naast Hem geen Helper en geen Voorspreker. Hopelijk zullen zij (Allah) vrezen.
(52) En stuur degenen niet weg die in de ochtend en de avond hun Heer aanroepen en Zijn Aangezicht wensen. Jij bent in niets voor hen aansprakelijk en zij zijn in niets voor jou aansprakelijk, stuur jij hen dan weg: dan behoor jij tot de onrechtvaardigen.
 


اتصل بنا | الملكية الفكرية DCMA | سياسة الخصوصية | Privacy Policy | قيوم المستخدم

آيــــات - القرآن الكريم


© 2022