(15) Daarin gaat slechts de ergste ellendeling binnen.
(16) Die loochende en zich afwendde.
(17) Maar degenen die (Allah) vrezen zal daar ver van gehouden worden.
(18) Degene die van zijn bezit geeft om zich te reinigen.
(19) En niet om voor een gunst aan iemand beloond te worden.
(20) Maar om het welbehagen van zijn Heer, de Verhevene, te zoeken.
(21) Hij zal zeker tevreden zijn.
الضحى Ad-Dhuhaa
(1) Bij het ochtendlicht.
(2) En bij de nacht wanneer het geheel donker is.
(3) Jouw Heer heeft jou (O Moehammad) niet verlaten en Hij is niet kwaad (op jou).
(4) En het latere (het Hiernamaals) is zeker beter voor jou dan het eerste (het wereldse leven).
(5) En jouw Heer zal jou zeker gunsten schenken, zodat jij tevreden zult zijn.
(6) Heeft Hij jou niet als wees gevonden en jou in bescherming genomen?
(7) En Hij heeft jou dwalend gevonden en jou geleid.
(8) En Hij heeft jou behoeftig gevonden en rijk gemaakt.
(9) Wat de wees betreft: beledig hem niet.
(10) En wat de bedelaar betreft: wijs hem niet af.
(11) En wat de gunsten van jouw Heer betreft: spreek daarover!
الشرح Ash-Sharh
(1) Hebben Wij niet jouw borst verruimd (O Mohammed)?
(2) En Wij hebben jouw last van je weggenomen.
(3) Die jouw rug belastte.
(4) En Wij hebben jouw roem verhoogd.
(5) Voorwaar, zo komt met de moeilijkeid de verlichting.
(6) Voorwaar, met de moeilijkheid komt de verlichting.
(7) Wanneer jij dan een taak volbracht hebt, streef dan (verder).
(8) En richt jouw verlangen tot jouw Heer.