(56) En Wij hebben jou slechts gestuurd als een brenger van verbeugende tijdingen en als een waarschuwer.
(57) Zeg (O Moehammad): "Ik vraag van jullie hiervoor geen beloning anders dan dat men de Weg tot zijn Heer wil nemen.
(58) En vertrouw op de Levende, Die niet sterft en prijs Zijn lof. En Hij is voldoende als Alwetende over de zonden van Zijn dieneren.
(59) Diegene Die de hemel en de aarde en alles wat daartussen is geschapen heeft in zes dagen. Vervolgens zetelde Hij zich op de Troon, Hij is de Erbarmer, vraag over Hem aan degene die daarover het meeste weet.
(60) En als er tot hun gezegd wordt: "Kniel voor de Erbarmer," zeggen zij: "Wie is de Erbarmer, zouden wij knielen voor wat jij ons beveelt?" En het doet hun afkeer toenemen.
(61) Gezegend is Degene Die de sterrenstelsels in de hemel heeft gemaakt en daarin een lamp (de zon) en een verlichtende maan heeft geplaatst.
(62) En Hij is Degene Die de nacht en de dag doet afwisselen voor wie er een lering uit wil trekken of dankbaar wil zijn.
(63) En de dienaren van de Erbarmer zijn degenen die bescheiden op aarde rondgaan. En als onwetenden hen aanspreken, zeggen zij: "Salâm!" (Vrede)
(64) En degenen die de nacht doorbrengen, terwijl zij voor hun Heer knielen en staan (in hun shalât).
(65) En degenen die zeggen: "Onze Heer, wend de bestraffing van de Hel van ons af. Voorwaar, haar bestraffing is een voortdurende kwelling.
(66) Voorwaar, het is een zeer slechte vestiging en verblijfplaats."
(67) En degenen die, wanneer zij besteden, niet overdrijven en niet gierig zijn, maar het midden daartussen houden.