الزخرف   سورة  : Az-Zukhruf


سورة Sura   الزخرف   Az-Zukhruf
وَكَذَٰلِكَ أَوْحَيْنَا إِلَيْكَ رُوحًا مِّنْ أَمْرِنَا ۚ مَا كُنتَ تَدْرِي مَا الْكِتَابُ وَلَا الْإِيمَانُ وَلَٰكِن جَعَلْنَاهُ نُورًا نَّهْدِي بِهِ مَن نَّشَاءُ مِنْ عِبَادِنَا ۚ وَإِنَّكَ لَتَهْدِي إِلَىٰ صِرَاطٍ مُّسْتَقِيمٍ (52) صِرَاطِ اللَّهِ الَّذِي لَهُ مَا فِي السَّمَاوَاتِ وَمَا فِي الْأَرْضِ ۗ أَلَا إِلَى اللَّهِ تَصِيرُ الْأُمُورُ (53)
الزخرف Az-Zukhruf
حم (1) وَالْكِتَابِ الْمُبِينِ (2) إِنَّا جَعَلْنَاهُ قُرْآنًا عَرَبِيًّا لَّعَلَّكُمْ تَعْقِلُونَ (3) وَإِنَّهُ فِي أُمِّ الْكِتَابِ لَدَيْنَا لَعَلِيٌّ حَكِيمٌ (4) أَفَنَضْرِبُ عَنكُمُ الذِّكْرَ صَفْحًا أَن كُنتُمْ قَوْمًا مُّسْرِفِينَ (5) وَكَمْ أَرْسَلْنَا مِن نَّبِيٍّ فِي الْأَوَّلِينَ (6) وَمَا يَأْتِيهِم مِّن نَّبِيٍّ إِلَّا كَانُوا بِهِ يَسْتَهْزِئُونَ (7) فَأَهْلَكْنَا أَشَدَّ مِنْهُم بَطْشًا وَمَضَىٰ مَثَلُ الْأَوَّلِينَ (8) وَلَئِن سَأَلْتَهُم مَّنْ خَلَقَ السَّمَاوَاتِ وَالْأَرْضَ لَيَقُولُنَّ خَلَقَهُنَّ الْعَزِيزُ الْعَلِيمُ (9) الَّذِي جَعَلَ لَكُمُ الْأَرْضَ مَهْدًا وَجَعَلَ لَكُمْ فِيهَا سُبُلًا لَّعَلَّكُمْ تَهْتَدُونَ (10)
الصفحة Page 489
(52) Z? hebben Wij aan jou een openbaring neergezonden, een zaak van Ons. Jij wist toen niet wat het Boek (de Koran) was en wat het geloof was, maar Wij hebben hem tot een licht gemaakt waarmee Wij van Onze dienaren leiden wie Wij willen. En voorwaar, jij leidt zeker naar een recht Pad.
(53) Het is het Pad van Allah, Degene aan Wie alles wat in de hemelen en op de aarde is toebehoort. Weet: alle zaken keren tot Allah terug.
الزخرف Az-Zukhruf
(1) Ha Mîm.
(2) Bij het duidelijke Boek. (de Koran)
(3) Voorwaar, Wij hebben hem als een Arabische Koran gemaakt Hopelijk zullen jullie begrijpen.
(4) En voorwaar, bij is bij Ons vastgelegd in de Moeder van de Schrift (Lauhoelmahfôezh), verheven en wijs.
(5) Zullen Wij dan de Vermaning van jullie weghouden, Ons afwendend, omdat jullie een buitensporig volk zijn?
(6) En hoeveel Profeten hebben Wij niet gezonden naar de vroegeren?
(7) En er kwam geen Profeet tot hen, of zij dreven de spot met hem.
(8) En Wij hebben (volken) vernietigd die machtiger waren dan zij. En de voorbeelden van de vroegeren zijn (hen) voorafgegaan.
(9) En als jij hen vraagt wie de hemelen en de aarde heeft geschapen, dan zullen zij zeker zeggen: "De Almachtige, de Alwetende heeft hen geschapen."
(10) Degene Die de aarde tot een uitspreide plaats heeft gemaakt en Die daarin voor jullie wegen heeft gemaakt. Hopelijk zullen jullie Leiding volgen.
 


اتصل بنا | الملكية الفكرية DCMA | سياسة الخصوصية | Privacy Policy | قيوم المستخدم

آيــــات - القرآن الكريم


© 2022